En toen de sabbat voorbij was, kochten Maria van Magdala en Maria de moeder van
Jakobus, en Salome specerijen om Hem te gaan zalven.
En zeer vroeg op de eerste dag der week gingen zij naar het graf, toen de zon
opging.
En zij zeiden tot elkander: Wie zal ons de steen afwentelen van de ingang van
het graf?
En toen zij opzagen, aanschouwden zij, dat de steen afgewenteld was; want hij
was zeer groot.
En toen zij in het graf gegaan waren, zagen zij een jongeling zitten aan de
rechterzijde, bekleed met een wit gewaad, en ontsteltenis beving haar.
Hij zeide tot haar: Weest niet ontsteld. Jezus zoekt gij, de Nazarener, de
gekruisigde. Hij is opgewekt, Hij is hier niet